In het Sociaal Domein is in toenemende mate sprake van opgaven die met elkaar samenhangen. Hierbij kan gedacht worden aan stijgende vraag, toename van complexiteit, financiën die onder druk staan en de krappe arbeidsmarkt. Allemaal niet enkelvoudig op te lossen en dat vraagt een integrale aanpak, waarbij schotten tussen beleid zoveel mogelijk verdwijnen. Belangrijke landelijke en regionale agenda's zoals het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA), het Fries Integraal Zorgakkoord (FrIZA), Programma Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (WOZO), Programma ‘Een thuis voor iedereen’, de Hervormingsagenda Jeugd en meer, geven mede richting aan beleid.
Wij anticiperen op deze ontwikkelingen door een actuele visie op het sociaal domein te schrijven (concept is in 2025 geschreven) en vervolgens een strategische beleidsagenda te maken voor De Fryske Marren. Op basis van de strategische agenda is het de bedoeling een blauwdruk te maken van de integrale beleidskaders die we verwachten. De integrale beleidskaders bevatten uitgangspunten, opgaven, doelen en resultaten en leiden tot concrete uitvoeringsprogramma's met financiële onderbouwing.
Dit proces vraagt een vernieuwde manier van kijken en werken. Dat kost tijd. Daarnaast vragen sommige beleidskaders verschillende snelheid in ontwikkelen of evalueren, daar moeten wij soms keuzes in maken. In 2026 verwachten we de visie sociaal domein, de strategische beleidsagenda en de blauwdruk van de beoogde integrale beleidskaders voor De Fryske Marren op te leveren.
Wij hebben inmiddels ervaring opgedaan met het opstellen van een integraal beleidskader. In april 2025 is het Beleidskader Wonen-Welzijn-Zorg 2025-2040 vastgesteld. Met dit beleidskader geven wij lokaal invulling aan de landelijke programma’s WOZO en “Een thuis voor iedereen" Wij voldoen hiermee aan de verplichting vanuit de Wet versterking regie volkshuisvesting om als gemeente voor 1 januari 2026 over een dergelijk beleidskader te beschikken.
Het Beleidskader Wonen-Welzijn-Zorg 2025-2040 is gekoppeld aan het Volkshuisvestingsprogramma. Dit gebeurt via Programmalijn 2: een thuis voor iedereen en Programmalijn 6 Wonen, zorg en ouderen.
Jeugdhulp
De opbrengst van de gesprekken van maatschappelijke organisaties, deskundigen, het Rijk en de VNG over het toekomst bestendig maken van de jeugdzorg is vertaald in de Hervormingsagenda Jeugd. De Hervormingsagenda is vastgesteld door rijk en VNG. In de Hervormingsagenda zijn afspraken gemaakt over het vaststellen van een passende financieringsstructuur en zijn de belangrijkste maatschappelijke vraagstukken rondom jeugdhulp benoemd.
Naast verschillende ontwikkelingen op landelijk niveau worden ook door de 3 noordelijke jeugdhulpregio’s (Groningen, Drenthe en Fryslân) belangrijke stappen gezet om een toekomstbestendig en dekkend zorgaanbod te organiseren voor kwetsbare jongeren die dat nodig hebben. Aan de hand van de Uitvoeringsagenda ‘Schaarse voorzieningen 3Noord – de kracht van samen voor Jeugd 3Noord’ wordt dit vraagstuk de komende jaren ingevuld.
Ook binnen onze eigen jeugdhulpregio wordt gewerkt aan het verhogen van de kwaliteit van de te verlenen jeugdzorg. Zo zijn regionaal, aanvullend op de wettelijke vereisten, nadere kwaliteitsnormen gesteld. Ook wordt gewerkt aan schaalverkleining door het terugbrengen groepsgrootte per verblijfslocatie.
De ontwikkeling binnen de gemeenten zullen de komende periode in het teken staan van het verder invullen van de pedagogische basisvoorzieningen, een specifiek op jeugdigen gericht deel binnen de sociale basis.
Rijksmiddelen Wmo abonnementstarief
Om de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2025) ook in de toekomst goed te kunnen blijven uitvoeren, heeft het kabinet besloten dat vanaf 1 januari 2027 voor alle Wmo-voorzieningen met een abonnementstarief een eigen bijdrage wordt ingevoerd die afhankelijk is van het inkomen. Hoe deze nieuwe inkomensafhankelijke eigen bijdrage precies werkt, wordt in 2026 verder uitgewerkt en bekendgemaakt. Met de invoering van de inkomensafhankelijke bijdrage wil het kabinet de voorzieningen en ondersteuning uit de Wmo beschikbaar houden voor inwoners die hier het meest afhankelijk van zijn. Het zal ook helpen om de druk bij gemeenten op (het gebruik van) Wmo-voorzieningen te verlagen.
Demografische ontwikkelingen zoals dubbele vergrijzing, langer thuis wonen, een krappe zorgarbeidsmarkt en krapte op de woningmarkt zetten druk op de Wmo-ondersteuning. Het rijk en gemeenten (VNG) voeren een houdbaarheidsonderzoek uit dat een bijdrage moet leveren aan duurzame bestuurlijke en financiële verhoudingen tussen rijk en gemeenten, met een balans tussen ambities, taken, bevoegdheden, middelen en uitvoerbaarheid. Die positie hebben gemeenten nodig om te kunnen investeren in een sterke sociale basis en een gezonde samenleving. Zo kunnen wij efficiënter en effectiever werken. In dit kader kijken we ook naar de huidige contracten voor hulp bij het huishouden. Wij gaan na of de daarin afgesproken werkwijze nog passend is bij de huidige ontwikkelingen. Daarnaast blijven wij werken aan de kwaliteit van het Wmo-toezicht, waaronder toezicht bij pgb en rechtmatigheid toezicht. Wij ontwikkelen hiervoor nieuw beleid.
De druk op de Wmo-ondersteuning en andere professionele ondersteuning staat ook centraal in het Beleidskader Wonen-Welzijn-Zorg 2025-2040. Hierin stellen wij dat de sterk toenemende vergrijzing en krapte op de arbeidsmarkt maakt dat de huidige wijze waarop wij zorg en ondersteuning organiseren al op korte termijn onhoudbaar is. Wij staan als gemeente niet alleen voor deze grote opgave. Samen met professionele partners, verenigingen, vrijwilligers en onze inwoners(initiatieven) moeten wij op zoek naar alternatieven.
Urgentieverordening
De Wet versterking regie volkshuisvesting (Wvrv) is door de Tweede Kamer aangenomen, waarbij twee amendementen zijn toegevoegd. Daarmee wijkt de wet enigszins af van de eerdere versie, maar het uitgangspunt blijft dat de wet per 1 januari 2026 in werking treedt. De wet is nu doorgestuurd naar de Eerste Kamer ter besluitvorming. Het is onzeker wat dit voor vertraging met zich mee zal brengen. Met de invoering van de wet wordt de regierol van gemeenten in het woonbeleid structureel versterkt. Een belangrijk onderdeel blijft het vaststellen en actualiseren van een gemeentelijke urgentieverordening, waarmee lokaal maatwerk wordt geleverd bij de toewijzing van sociale huurwoningen aan urgent woningzoekenden. In Fryslân hebben de gemeenten hierin gezamenlijk stappen gezet: de conceptverordening is in regionaal verband voorbereid en de verdere uitwerking richting implementatie vindt momenteel plaats. Door de aangenomen amendementen zal er dit concept aangepast moeten worden naar aanleiding van het besluit van de Eerste Kamer. Hierdoor lijkt de startdatum 1 januari 2026 voor de urgentieverordening niet meer haalbaar.
Financiële consequenties
Voor de implementatie en uitvoering van de urgentieverordening is budget nodig voor beleidsvorming, juridische toetsing, communicatie en de inrichting van een beoordelingscommissie. De kosten van de uitvoeringsorganisatie worden geraamd op maximaal € 700.000 per jaar. Deze kosten worden naar rato van het aantal inwoners verdeeld over de gemeenten. Bij invoering van de Wet regie volkshuisvesting wordt duidelijk hoe de extra taken zich vertalen in additionele rijksbijdragen.
Naast de kosten van de uitvoeringsorganisatie ondersteunen gemeenten urgent woningzoekenden vanuit de gebiedsteams. De verwachting is dat hier geen extra bijdrage voor nodig is.
Beschermd wonen in de Wmo
Het is nog onduidelijk of en wanneer de doorcentralisatie wordt doorgevoerd.
De voorgenomen decentralisatie bestaat nog steeds uit het objectieve verdeelmodel en de start van het woonplaatsbeginsel.
De inkoop van beschermd wonen is in volle gang in samenwerking tussen de gemeentes en Sociaal Domein Fryslân (SDF). In 2024 zijn we met de provincie Fryslân het nieuwe inkooptraject gestart van beschermd wonen. We streven ernaar dat de nieuwe inkoop start per 1 januari 2026. Er is een intramuraal pakket ontwikkeld en een ambulant pakket. Waarbij de laatste goed aansluit bij de eerder vastgestelde regiovisie. Deze streeft ernaar om inwoners in hun eigen vertrouwde omgeving te houden tijdens een beschermd wonen traject.
Het tarief van beschermd wonen gaat omhoog wat tot hogere kosten zal leiden. We hebben tot nu toe altijd budget over gehad bij beschermd wonen en verwachten binnen het budget te blijven dat er vanuit het rijk wordt toegekend.
Participatiewet in balans
De Participatiewet wordt herzien. Hierdoor ontstaat ruimte voor de menselijke maat en meer oog voor bestaanszekerheid voor iedereen. Om te komen tot deze herziening van de Participatiewet werken we samen als gemeenten en partners langs drie sporen. De inwerkingtredingsdatum voor de eerste set maatregelen is verschoven naar op zijn vroegst 1 januari 2026.
- Spoor 1 is het wetsvoorstel Participatiewet in Balans, waarmee de inwoners meer rechtszekerheid en inkomenszekerheid krijgen.
- Spoor 2 bevat maatregelen voor de langere termijn, waarbij de menselijke maat, vertrouwen en eenvoud centraal staan.
- Spoor 3 is erop gericht om de vakkundigheid van professionals in de gemeentelijke uitvoering te verbeteren. Meer maatwerk betekent nieuwe vaardigheden ontwikkelen.
Armoede- en schuldenbeleid
In navolging van de landelijke verkiezingen in 2025 en de gemeentelijke verkiezingen wordt in 2026 nieuw Armoede en schulddienstverleningsbeleid opgesteld. Hierin wordt het Nationaal Programma Armoede en Schulden geïntegreerd en eindevaluatie van het Aanvalsplan armoede 2024 en 2025 betrokken.
Toekomstbestendig werkleerbedrijf Empatec/Pastiel
De komende jaren wordt gebouwd aan een infrastructuur die aansluit op de eisen van nu en morgen. De sociaal ontwikkelbedrijven van de toekomst zijn ondernemende en lerende organisaties die werken met een duidelijke opdracht: zorgen voor passende werkplekken en begeleiding voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Daarbij is het doel altijd gericht op zoveel mogelijk duurzame uitstroom naar regulier werk. Tegelijkertijd blijven deze bedrijven ook een vangnet voor mensen voor wie regulier werk niet mogelijk is.
Conflictzorg
Binnen de kind en gezinsketen zijn landelijk en provinciaal ontwikkelingen gaande om deze te vereenvoudigen onder de noemer: toekomstscenario kind- en gezinsbescherming. Hier willen we tijdig op in spelen en in mee bewegen. Er is in samenwerking met het cluster Openbare orde en veiligheid een integraal veiligheidsbeleid opgesteld waarin Zorg en Veiligheid een belangrijk thema is. In het uitvoeringsplan zijn de verschillende thema’s uitgewerkt en tot uitvoering gebracht.
Gezondheidszorg
Onze gemiddelde leeftijd wordt steeds hoger. Het aantal ouderen in onze samenleving neemt daardoor toe, in Fryslân hebben we zelfs te maken met dubbele vergrijzing. De ervaren gezondheid van Friese inwoners ligt hoger dan het landelijk gemiddelde, terwijl de levensverwachting in lijn ligt met het landelijk gemiddelde. Toch is er wel een dalende trend te zien in de ervaren gezondheid.
Het toekomstbestendig organiseren van de zorg is een grote maatschappelijke opgave. Samen met de andere gemeenten in Fryslân werken we daarom aan een preventie netwerk, middels de Friese Preventie Aanpak (FPA). Dat netwerk bestaat uit ketenaanpakken gericht op inwoners in verschillende levensfasen. Ook zijn we actief op het gebied van mentale gezondheid en veerkracht en werken we aan een gezonde, fysieke leefomgeving.
Als gemeente hebben wij daarnaast in 2023 een belangrijke taak gekregen via een drietallandelijke akkoorden. In onze dagelijkse werkzaamheden geven we invulling aan, onder meer, de niet vrijblijvende afspraken en acties voor gemeenten die in Integraal Zorgakkoord (IZA) en het Gezond en Actief leven Akkoord (GALA) zijn vastgelegd. In het Fries Integraal Zorgakkoord (FrIZA) is de regionale vertaling en uitwerking van IZA voor Fryslân opgenomen. De doelstellingen van FrIZA sluiten aan bij die van het landelijke IZA, maar zijn specifiek gericht op de Friese context en de uitdagingen.
Het, in 2023 vastgestelde, Sportakkoord II formuleert drie ambities die weergeven wat we landelijk willen bereiken. Het gaat om het verstevigen van het fundament van de sport, het vergroten van het bereik van de sport en meer betekenis geven aan sport. Vanaf 1 januari 2023 is er dan ook sprake van een herziene Brede Regeling Combinatiefunctionaris. Daarmee komt er een focus op zes profielen (de buursportcoach, de clubkadercoach, de beweegcoach, de combinatiefunctionaris Onderwijs, de beweegcoach de coördinator sport en preventie) die gerelateerd zijn aan de ambities van het Sportakkoord en er extra aandacht komt voor de kwaliteit van de professionals die deze profielen invullen.
De lokale invulling hiervan gaan we komend jaar verder uitwerken. In 2026 zetten wij in op de gewenste transitie en structurele invulling per 1 januari 2027 van de Brede Regeling Combinatiefuncties.
Transformatieplannen FrIZA
In 2025 is, in het kader van het Integrale Zorg Akkoord (IZA/FrIZA) een Transformatieaanvraag Mentale gezondheid en veerkracht namens alle Friese gemeenten ingediend (uitslag van de beoordeling naar verwachting medio september). Het transformatieplan beschrijft hoe de transformatie in de periode 2025 tot en met 2027 op programmatische wijze wordt gerealiseerd. In het plan staat de Wijkgerichte Aanpak Mentale Gezondheidszorg (WAMG) centraal. Binnen de WAMG zijn vier inhoudelijke pijlers leidend: preventie, laagdrempelige steunpunten, het mentaal gezondheidsnetwerk en integrale ondersteuning voor inwoners met complexe problematiek.
In navolging hiervan is er in de afgelopen maanden hard gewerkt aan de Transformatieaanvraag versterken Sociale Basis. Deze is recent, op 30 juni 2025, ingediend. Met dit plan gaan we in alle 18 Fryske gemeenten inzetten op het op gang brengen van een structurele beweging van zorg naar gezondheid en welzijn. Dat doen we langs vier pijlers: Gezonde wijkaanpak, Impactvolle ontmoetingslekken, Dorps/wijkondersteuners en Welzijn op recept.
Het doel van beide plannen is om te komen tot mentaal gezonde(re) en veerkrachtige(re) Friese inwoners die tijdige en passende zorg, ondersteuning of behandeling kunnen vinden binnen de Mienskip (Fries voor ‘de lokale gemeenschap’). Een belangrijk onderdeel hiervan is een nog sterkere verbinding van de Mienskip met het voorliggend veld, de voorzieningen vanuit het Sociaal Domein, de huisartsenzorg en de (tweedelijns) GGZ. Daarnaast is een betere afstemming van alle voorzieningen hierin belangrijk ten behoeve van de Friese inwoners en hun naasten.
Ondanks landelijke ontwikkelingen wat betreft deelname aan IZA en het nieuwe Aanvullend Zorg en Welzijn Akkoord (AZWA), hebben de Friese gemeenten afgesproken de FrIZA samenwerking te continueren.
Huisvesting, begeleiding en inburgering statushouders
Door de pilot woningdelen voor statushouders krijgen wij inzicht in deze versnelde huisvestingsvorm. Als deze wijze succesvol blijkt dan is het mogelijk dit breder in te zetten. De maatschappelijke begeleiding wordt door Vluchtelingenwerk uitgevoerd. Het onderwijs met betrekking tot de inburgering verloopt door middel van 1 van de 3 leerroutes. Daarnaast heeft Pastiel een rol in de bijbehorende participatietrajecten. Omdat de wet inburgering nieuw is (sinds 1 januari 2022) blijven wij kijken naar verbeterpunten en voeren deze indien eenvoudig en mogelijk door. De aanpassingen zullen later een plek krijgen in nieuw beleid. In 2026 gaan we naast de reguliere taakstelling ook de achterstand van de taakstelling proberen in te lopen.
Sociaal domein algemeen
Het domein waarover de adviesraad sociaal domein adviseert verbreedt zich. De grenzen van het sociaal domein vervagen namelijk door integraliteit. Zo heeft de adviesraad sociaal domein geadviseerd op het Beleidskader Wonen-Welzijn-Zorg. In het najaar van 2024 is met de adviesraad sociaal domein besproken of het nodig is om af te bakenen waarover de adviesraad sociaal domein wel en niet adviseert. Uit dit gesprek is naar voren gekomen dat de bestaande werkwijze blijft gehandhaafd.
